Illustratie: Suzanne Huijs
Zij moest, ik mag
Catharina Maria Ansems (1904-1982)
Al die regeltjes en verplicht breien. Halfwees Katrien Ansems (7) wilde helemaal niet in het Elisabeth Weeshuis wonen, maar ze moest. Bijna een eeuw later, in 2008, startte haar kleindochter Rina Kemler als vrijwilliger in het Elisabeth Weeshuis Museum. Ze onderzocht het leven van haar oma.
“In 1912 overleed mijn overgrootvader, de 35-jarige sigarenmaker Antonius Ansems. Kostwinner van een gezin van acht kinderen. Zijn vrouw Alida liet een brief schrijven aan het weeshuis om twee, liefst drie van haar dochters op te nemen. Mijn oma Katrien en haar zus Alida werden toegelaten. Hun jongere zusje Cornelia was pas 5 jaar en ging naar haar grootmoeder.
Van mijn moeder weet ik dat Katrien alle regels in het weeshuis niet zo leuk vond. En dat ze elke dag verplicht moest breien. Ze zat voor straf in het kolenhok of op zolder. Bij mijn onderzoek ontdekte ik dat Katriens moeder bij de protectoren moest komen en hoorde dat haar dochter een ‘onwillig kind’ was. De weesmoeder was in die tijd ook erg streng en liefdeloos. En de weesouders maakten vaak ruzie.
Na drie jaar werden Katrien en haar zus teruggestuurd naar hun moeder. Die woonde inmiddels ongehuwd samen. Schandelijk, vonden de heren protectoren, maar ze was niet de enige. Andere kinderen met een samenwonende moeder mochten wel blijven. Maar ja, die waren niet zo lastig!
Op haar 18e verloor Katrien ook haar moeder. Kort na haar 19e verjaardag trouwde ze met Cees Vermeulen. Samen kregen ze drie zonen en een dochter, mijn moeder. In 1937 overleed hun tweede zoon aan een blindedarmontsteking in het Culemborgse Algemeen Ziekenhuis. Na een kort verblijf in Ede, bij Katriens jongste zusje, keerden ze terug naar Culemborg en vonden in 1939 een woning aan de Veerweg.
Cees werkte als chauffeur bij de firma Kronenburg. Dit bedrijf verhuisde in 1950 naar Hedel, en hij en zijn gezin gingen mee. Hier werd ik in 1952 ook geboren. Mijn ouders, broertje en ik verhuisden in 1959 weer terug naar Culemborg. Katrien en Cees bleven nog in Hedel wonen tot 1967, maar kwamen toen ook terug. Katrien overleed in 1982, bijna 78 jaar oud.
Vooral toen ik net begon in het museum, moest ik veel aan oma denken. Waar liep ze, waar stond haar bedje? Kreeg ze veel straf, omdat ze weer eens niet wilde breien? Met mijn eigen kleindochter, toen 7 jaar, luisterde ik naar de verhalen op de meisjesslaapzaal. Ik keek haar aan, en dacht aan oma: wat was je nog jong toen je hiernaartoe moest…”
Dit verhaal is onderdeel van het project Wij waren wees waarin vrijwilligers samen met museummedewerkers de levensverhalen van 48 kinderen die opgroeiden in het Culemborgse Elisabeth Weeshuis onderzoeken. Lees meer over Wij waren wees.
Bij het onderzoek naar het leven van de weeskinderen en de samenstelling van de verhalen over hen is de uiterste zorgvuldigheid betracht. Mochten er desondanks onjuistheden in voorkomen dan verzoeken wij u deze te melden.