Illustratie: Suzanne Huijs
Weesmoeder
Janneken van den Eijnden (1665-1726)
Haar doopnaam is Janneken. In de weeshuisarchieven komen we haar jaar in, jaar uit tegen als Anneke, Jannigje, Jannegie, Jannechien of Jannettie. Een weesmeisje dat uitgroeit tot een kundige naaister. Toch wil Janneken graag in het weeshuis blijven. Dat komt de protectoren ook goed uit.
Janneken wordt geboren in Everdingen. Haar vader Dirck Jansen van den Eijnden werkt daar als bode. Rond 1675 verliest Janneken één of beide ouders. Ze is dan 10 jaar.
Twee ooms vragen in 1676 of twee van Dircks nagelaten kinderen voor vier jaar het weeshuis in mogen. Kort na het Rampjaar is het er druk, met elf meisjes en twintig jongens. De jongste mag toch komen, maar wel voor twee jaar. Dat zal gaan om Janneken. Een jaar voor dit officiële besluit staat in de lijst van weeskinderen al een ‘Anneke’ vermeld. Gaat het om hetzelfde meisje?
Wellicht hoort Janneken de eerste jaren bij de ‘breijmeijsjes’. In de ‘meiskens werkcamer’, de huidige Spinzaal, breien ze wollen ondergoed dat in Utrecht wordt verkocht. Vanaf haar 20e werkt ze tien jaar lang als naaister in het weeshuis, maar ook daarbuiten. Ze verdient er jaarlijks 10 gulden mee, wat verdwijnt in de weeshuiskas.
Daarna dient Janneken een jaar lang bij Carel Lindeboom ‘Sergeant Major en Capitaijn ten dienste deser Landen, Drossard en Dijckgraeff deser Stadt en Graeffschap’. Hij bewoont een van de duurste huizen van de stad, links van de weeshuispoort. Janneken is vast een ijverig en gedienstig type geweest.
Daarna vraagt ze president-protector gravin Anna om een gunst. ‘Haer kost volkomen te winnen’ blijkt onmogelijk. Mag ze in het weeshuis blijven, maar dan wel ‘haer klederen ongemerkt’ dragen? Dat mag, maar ze blijft wel ‘onderhevig aan de wetten des weeshuijs’. De buitenmoeders vinden Janneken een kundige naaister. Ze krijgt een vaste aanstelling in het weeshuis en blijft 10 gulden per jaar verdienen. Zou ze het zo naar haar zin hebben?
In 1713 vertrekken de weesouders. Vanwege geldgebrek neemt het weeshuis tussen 1714 en 1725 geen nieuwe in dienst. De 50-jarige Janneken treedt nu op als weesmoeder, nog altijd voor 10 gulden. Tien tot vijftien kinderen heeft ze onder haar hoede. Vermoedelijk met steun van de buitenmoeders. Een schoolmeester onderwijst in lezen en schrijven.
Tien jaar werkt Janneken als weesmoeder, de laatste jaren voor 15 gulden. In 1726 overlijdt ze, 60 jaar oud. Ze wordt begraven op het kerkhof van de Hervormde kerk. Janneken heeft dan vijftig jaar in het weeshuis gewoond.
Dit verhaal is onderdeel van het project Wij waren wees waarin vrijwilligers samen met museummedewerkers de levensverhalen van 48 kinderen die opgroeiden in het Culemborgse Elisabeth Weeshuis onderzoeken. Lees meer over Wij waren wees.
Bij het onderzoek naar het leven van de weeskinderen en de samenstelling van de verhalen over hen is de uiterste zorgvuldigheid betracht. Mochten er desondanks onjuistheden in voorkomen dan verzoeken wij u deze te melden.