Logo wit Elisabeth Weeshuis Museum
1. willem herberssen (ca. 1576 1656)

Nooit weggegaan

Willem Herberssen (ca. 1576 – 1656)

Veel weten we niet van Willem. Alleen zijn ziekte en dood staan opgetekend in het weeshuisarchief. Willem blijkt bij zijn overlijden een ‘weeskint out omtrent tachentich jaeren’. Waarom vertrok hij nooit uit het weeshuis? Een reconstructie.

Willem is waarschijnlijk opgenomen in de jaren tachtig van de 16e eeuw. Een jongetje tussen de 7 en 11 jaar oud. Over zijn familie is niets bekend. De kinderen moeten bij opname gezond zijn, schrijven de regels voor: ‘sonder eenige serigheyt, siekten van leeden, simpelheyt, sotheyt of andere gebreeken’. Het weeshuis is er om kinderen op weg te helpen in de samenleving, niet voor levenslange zorg.

In de jongensslaapzaal heeft Willem zijn eigen bed. Eén van de 24 vakken in de grote eiken kast is van hem. Hij bewaart er kleren en andere spulletjes. De jongens krijgen les van een schoolmeester in de kleine jongensschool. Ze leren lezen, schrijven, psalmen zingen en goede manieren. Ontdekt de meester hier dat Willem de lessen moeilijk vindt? Het lijkt erop dat Willem geen vak leert, zoals de andere jongens. Leerjongens verdienen doorgaans wat geld voor het weeshuis. Van Willem staan zulke inkomsten nergens vermeld.
Of misschien krijgt hij een ziekte of ongeluk? Wat de reden ook is: Willem blijft de rest van zijn leven in het weeshuis. Blijkbaar kan hij niet voor zichzelf zorgen.

Rond 1600 lijkt er genoeg ruimte om de 16­-jarige Willem te houden. Bovendien voert graaf Floris II een ruimhartig toelatingsbeleid. De instelling bloeit, met een eigen boerderij en tien medewerkers in dienst. ’s Zomers helpen de weesjongens bij het binnenhalen van de oogst. Hun haar afgeschoren om te controleren op schurft.

Vanaf 1620 blijkt dat het huis al die kinderen niet langer kan onderhouden. Minder wezen worden toegelaten. Achtereenvolgende graven van Culemborg plunderen de kas van het weeshuis. Ondanks de financiële zorgen mag Willem blijven. Een rustige man vermoedelijk, die zich nuttig maakt met klusjes op het land, in de tuin, of de keuken. De hoge leeftijd die hij bereikt, wijst verder op goede verzorging. Ook in de laatste weken van zijn leven, als Willem ziek is.

Dirck Lodewicxse en zijn vrouw hebben hem toen ‘verbedt ende schoon gehouden’. Zelf kan hij dat niet meer. Dirck heeft eerder een wees ‘in sijn sieckte gedient’. Een allround klusjesman trouwens, die jaarlijks ook de kelders van de ‘secreten der weeskinderen’ schoonmaakt. In 1656 sterft Willem, zo’n 80 jaar oud. Het weeshuis zorgt voor zijn begrafenis. Na afloop gaan de dragers naar herberg ‘De Vierheemskinderen’, recht tegenover de weeshuispoort. Waard Sijmon Petri serveert hun zoals gebruikelijk een drankje. Op kosten van de protectoren.

© 2025 - alle rechten voorbehouden - gebouwd door WISCH - Privacyverklaring - Huisregels